Sponsors en Partners van deze expeditie Nolet Distillery

Eerdere berichten

13 mei: Ook de afdaling krijgen ze niet kado

Ook de afdaling krijgen ze niet kado

Door: Menno, vanuit het basiskamp

Stilte na de storm. Boven, op de top, waait het nog steeds, maar onder kamp vier lijkt de wind te zijn gaan liggen. Dikke wolken komen nu en dan uit het dal opzetten, en er valt af en toe sneeuw uit. De andere helft van het uur schijnt de zon. Dan kan ik vanuit het basiskamp de berg zien, en nagenoeg de gehele route van kamp vier naar beneden. Her en der bewegen stipjes langzaam dalwaard. Met nadruk op langzaam. Een paar klimmers zijn boven gebleven, maar het gros is zo kapot van de inspanning de afgelopen week dat ze niets liever willen dan afzakken naar “dikkere” lucht. De sneeuw is door de zon tot prut gemaakt. Ik zie met medelij hoe bij iedere stap de alpinisten tot bijna aan de knieën wegzakken. Ook de afdaling krijgen ze niet kado.


Kok Lobsang (vroeger was hij een Boeddhistische monnik) ontsteekt drie bosjes wierrook. “Sherpa coming down”, wijst hij naar vier stipjes bovenaan de helling. Ik kijk door m’n verrekijker en zie hoe drie sherpa’s hun overleden kameraad -gewikkeld in een slaapzak- door de zwaartekracht naar onderen laten zakken. Een loeizwaar karwei dat respect oogst. Een half uur later ligt het lichaam in ons basiskamp. De sherpa’s van alle expedities komen bij elkaar en in een optocht gaat het honderd meter richting dal. Ik word -als enige westerling in basiskamp- gevraagd om mee te gaan, en doe dat uiteraard. Namens alle klimmers op de berg bewijs ik de laatste eer aan een sherpa die stierf tijdens zijn werk: het aanleggen van vaste touwen. Er wordt een gat gegraven en na een paar minuten stilte wordt het lichaam erin gelegd. Morgen zal –als het weer het toelaat- een helikopter het stoffelijk overschot komen ophalen en naar Kathmandu vliegen. Hiro, de gids van de Japanse expeditie waartoe de sherpa behoort, vertelt dat de man gisteravond plotseling is overleden in een tent in kamp drie. Waarschijnlijk een hartstilstand.

“We zijn zo gesloopt”, meldt Niels via de portofoon om 14.00 uur vanuit kamp twee. “Echt helemaal kapot. We blijven daarom hier slapen vannacht.” Dat is –wederom- een verstandig besluit. Enerzijds omdat de lichamen, na bijna twee dagen non-stop in touw te zijn geweest, dan eindelijk even kunnen rusten, anderzijds omdat dat minder risico geeft. De zon laat de sneeuw boven aan de toppen smelten en links en rechts denderen er lawines naar beneden. Morgenochtend, als het koud is en de sneeuw nog hard, is het veel veiliger om af te dalen. Indien dat nodig is zal ik omhoog gaan naar kamp één om te helpen met het naar beneden brengen van de spullen. Alle tenten, gasblikjes, klimmaterialen en voedsel (wat in drie carries omhoog is gebracht) moet als het even kan in één keer mee naar basiskamp. Ik zal daarna mijn vrienden lokken met de geur van verse espresso. En dan kunnen de bikkels zich laven aan al het goede van basiskamp. Serano-ham, Hollandse kaas, Lobsang belooft patat te maken en voor ieder is er nog een blikje cola. Ook heb ik Niels via de portofoon alvast laten beloven dat we straks –op mijn kosten- in Kathmandu flink gaan “stappen” en een koud potje bier drinken in een van de beroemde klimmers-kroegen. Dat hebben we wel verdiend.

Bekijk de foto's


Andere berichten


Meer nieuws